Marten Toonder behoort tot de grote schrijvers van de tweede helft van de twintigste eeuw. Al in 1954 werd hij benoemd tot lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, maar de grote doorbraak kwam pas aan het eind van de jaren zestig toen Uitgeverij de Bezige Bij begon met de uitgaven van zijn werk in de reeks Literaire Reuzepockets.
De nadruk lag daarbij op de literaire kant, want volgens de liefhebbers en kenners werden in deze reeks de plaatjes veel te klein afgedrukt. Deze kritiek sneed zeker hout, omdat Marten Toonder ook een belangrijk striptekenaar was en het succes van zijn werk zowel op tekst als tekening berustte. Dat neemt niet weg dat Marten Toonder vooral nog voortleeft in onze taal, met een aantal woorden die nog steeds worden gebruikt, zoals denkraam en minkukel, en uitdrukkingen, zoals ‘een eenvoudige doch voedzame maaltijd’, ‘kommer en kwel’ en ‘als u begrijpt wat ik bedoel’. Het erelidmaatschap van het Genootschap Onze Taal uit 1995 is een bekroning op dit deel van zijn werk.
De thematiek die in zijn werk tot uitdrukking komt is minstens even interessant, al legde hij zelf er nooit de nadruk op. ‘Een heer doet niet aan politiek’. In dit boek wordt een aantal van zijn thema’s uitgelicht en toegelicht.
Dan blijkt zich onder de oppervlakte veel van wat behartenswaardig is te bevinden, dat tot in onze tijd en daarna reikt. Vooral de zorg voor het milieu komt indringend naar voren. ‘De natuur gaat naar de verturving’. Maar ook de manier waarop wij met elkaar omgaan en onze maatschappij hebben ingericht, de menselijke maat zogezegd.
Natuurlijk leven wij niet in Rommeldam, maar toch kan Marten Toonder ons daarmee een spiegel voorhouden. Zijn tekentalent blijkt daar een extra dimensie aan te kunnen geven. Vandaar de vele plaatjes, die de Toondercompagnie voor publicatie heeft vrijgegeven en die het beeld van zijn kunst completeren.